Your/you’re en its/it’s
Wat is het verschil tussen your en you’re? Of tussen its en it’s? En wanneer gebruik je wel of geen komma? We hebben er vaak moeite mee. Your en its betekenen in het Nederlands jouw of zijn/haar. You’re en it’s zijn afkortingen van you are en it is/it has, wat in het Nederlands jij bent en het is/het heeft betekent.
We hebben hieronder een paar voorbeelden uitgewerkt om de verschillen duidelijker te maken.
Your/ its
Your en its zijn beide bezittelijke voornaamwoorden. Dat betekent dat ze iemands bezit aangeven, zoals:
✔️ This is your book.
Dit is jouw boek.
✔️ Your car is parked here.
Jouw auto is hier geparkeerd.
✔️ The cat ran into its house.
De kat rende zijn huis in.
✔️ The tree is losing its leaves.
De boom is zijn bladeren aan het verliezen.
You’re/ it’s
You’re en It’s zijn dus beide afkortingen van jij bent of het is/het heeft. Je gebruikt deze vorm als volgt:
✔️ You’re (of you are) late for our meeting.
Je bent laat voor onze meeting.
✔️ If you’re (of you are) happy and you know it, clap your hands.
Als je blij bent en je weet het, klap dan in je handen.
✔️ It’s (it has) been 10 minutes since he called.
Het is 10 minuten geleden dat hij belde.
✔️ I think it’s (it is) a really good course!
Ik vind het echt een goede cursus!
Twijfel je of je wel of geen komma moet gebruiken? Probeer de zin dan naar het Nederlands te vertalen. Op deze manier kan je erachter komen of het om een werkwoord of om een bezittelijk voornaamwoord gaat.
Naast deze lastige taalkwestie, zijn er nog andere Engelse instinkers waar we vaak de fout mee ingaan. Lees in dit blog de 6 instinkers van het Engels.
Vind je de puntjes op de i ook lastig en zou je graag jouw zakelijk Engels willen professionaliseren met onze hulp? Bekijk dan onze taaltrainingen Engels. Wil je graag persoonlijk advies over een passende training? Vul dan onderstaand formulier in en we nemen zo snel mogelijk contact met je op.