Hè? of Toch?
Geef je in het Nederlands een oordeel over iets en wil je graag weten hoe je gesprekspartner erover denkt, dan kun je je oordeel een label meegeven. Je gesprekspartner weet dan wat je wilt. Er zijn een paar mogelijkheden met kleine, maar belangrijke verschillen.
—, hè?
Vraagt om een bevestiging van wat je zei.
- Het is mooi weer, hè?
- Ze heeft het verknald, hè?
- Het is stil, hè?
Dit correspondeert met het Engelse ‘is it / isn’t it?’
Je gewenste reactie is positief. Ironie is altijd een optie, maar dan moeten intonatie en mimiek wel meewerken.
“’leuk’ feestje, hè?”
—, toch?
Vraagt om bevestiging van wat je zei, maar met de nadrukkelijke mogelijkheid van een negatief antwoord.
- Het is mooi weer, toch?
- Ze heeft het verknald, toch?
- Het is stil, toch?
Dit correspondeert met het Engelse ‘or is it / or isn’t it?’
Je gewenste reactie is misschien positief, maar ironie ligt binnen handbereik.
“De wedstrijd Feijenoord – Ajax was gezellig, toch?”
Soortgelijke, Nederlandse adviezen:
Cursus Zakelijk Nederlands
Merk je dat je zulke taalkwesties lastig blijft vinden? Wellicht is een training Zakelijk Nederlands een goede oplossing voor je. Wil je overleggen of heb je vragen? Neem dan gerust contact met ons op via 033 – 465 04 20 of via info@detaaltrainer.nl.
Ontvang je liever gelijk een globale offerte? Vul dan onderstaand contactformulier in. We nemen binnen 1 werkdag contact met je op.