De verschillen tussen Brits en Amerikaans Engels

De verschillen tussen Amerikaans en Brits Engels

9462x bekeken

Naast de vele overeenkomsten tussen Amerikaans Engels en Brits Engels, zijn er ook een aantal (belangrijke) verschillen in spelling en woordenschat. Zolang je consequent blijft in je spelling, maakt het niet veel uit welke spelling je gebruikt. Het kan echter wel handig zijn om bepaalde woorden te herkennen en zelf te gebruiken wanneer je communiceert in de ‘Engelse taal’ van je klant. Daarnaast kan het bedrijf waar je werkt een voorkeur hebben.

Hieronder benoemen we de meest voorkomende verschillen in spelling tussen Amerikaans en Brits Engels.

‘-or’ en ‘-our’

Amerikanen eindigen hun woorden met ‘or’, terwijl de Britten ‘our’ gebruiken:

NederlandsAmerikaansAmerikaans
kleurcolorcolour
gunstfavorfavour
favorietefavoritefavourite

‘-ze’ en ‘-se’

Ook in de zogenaamde s- en z-spelling zitten verschillen. In het Amerikaans Engels maak je altijd gebruik van de z-spelling, terwijl in het Brits Engels beide varianten worden geaccepteerd. Toch gebruiken de Britten vaker de s-spelling dan de z-spelling:

NederlandsAmerikaansBrits
organiserenorganizeorganise
herkennenrecognizerecognise
realiserenrealizerealise

‘-re’ en ‘-er’

Het verschil in spelling vind je ook bij woorden die eindigen op ‘er’ of ‘re’, zoals in deze voorbeelden is te zien:

NederlandsAmerikaansBrits
theatertheatertheatre
middencentercentre
vezelfiberfibre

‘-ll’ en ‘-l’

Amerikanen gebruiken in hun spelling één l, terwijl de Britten een dubbele l gebruiken:

NederlandsAmerikaansBrits
gereisdtraveledtravelled
geannuleerdcanceledcancelled
gelabeldlabeledlabelled

‘-nse’ en ‘nce’

Waar je in het Amerikaans Engels woorden laat eindigen op ‘nse’, laat je deze in het Brits Engels eindigen op ‘nce’:

NederlandsAmerikaansBrits
Verdedigingdefensedefence
licentielicenselicence
overtredingoffenseoffence

Woordenschat

Tot slot de verschillen in woordenschat tussen Amerikaans en Brits Engels. Er zijn geen regels voor: ze zijn spontaan ontstaan en daardoor taaleigen.

NederlandsAmerikaansBrits
achterbak (auto)trunkboot
advocaatlawyer / attornysolicitor
afgezien vanaside fromapart from
agendaappointment calenderdiary
appartementapartmentflat
aubergineeggplantaubergine
begane grondfirst floorground floor
bioscoopmovie theatercinema
broekpantstrousers
caravantrailercaravan
chipschipscrisps
curriculum vitaerésumécv
doorverbindenconnectput through
eerste verdiepingsecond floorfirst floor
filmmoviefilm
flatgebouwapartment building, condoblock of flats
gordijnendrapescurtains
handtaspursehandbag
herfstfallautumn
in gesprek (telefoon)busyengaged
jongen / kerelguybloke
kerstmansanta clausfather christmas
koekjecookiebiscuit
liftelevatorlift
lift (in auto)ridelift
mobiele telefooncell(phone)mobile
ophalenpick upto collect
parkeergarageparking lotcar park
patat(french)frieschips
postbusmail boxpost box
rekeningcheckbill
rijbewijsdriver’s licencedriving licence
smokingtuxedodinner jacket
spatiegapblank
tegenover vanacross fromopposite
twee wekentwo weeksfortnight
vakantievacationholiday
voorgerechtappetizerstarter
voornaamfirst name(s)christian name(s), given name(s), forename(s)
wiskundemathmaths
zebrapadpedestrian crossingzebra crossing